Schenk aalmoezen aan weduwen en wezen, zegt de Bijbel. Sociale voorzieningen waren er nog niet. Ontdek wat christelijke hulpverleners erover denken.
1. Geef liever voedsel en liefde
Steve Sarnecki (parochiale diaconie in Baltimore City) • Een aalmoes geven? Nee, niet doen! Tenzij of pas vanaf het moment dat je de bedelaar kent. Zelf heb ik al geld gegeven aan een dakloze, maar enkel omdat ik zijn specifieke nood kende. Meestal zeg ik: Ik kan je geen 2 dollar geven, maar wel wat voedsel en mijn liefde.
Ik vind het veel te makkelijk om bij zo’n toevallige ontmoeting op straat wat geld te gooien naar een probleem en zo je geweten te sussen. Dat werkt gewoon niet. Het lost het probleem van de bedelaar niet op en doet ook geen recht aan de menswaardigheid van de mens in nood. Leer hen dus eerst kennen, echt. Vraag hun naam, kijk hen in de ogen. Vraag hen voor je te bidden! Als je hen en hun noden eenmaal kent – ik bedoel echt kennen als persoon – dan kun je geld geven zoals je dat ook zou doen voor een vriend.
Mijn eerste antwoord is dus: nee. Vermijd het snelle werk.
2. Geen geld geven om erger te voorkomen
Cortez McDaniel (Ignatiaans geïnspireerde sociale dienst in Washington DC) • Mijn vader leerde me ooit dat wat jij doet voor een ander, iets is tussen jou en God. Wat die ander er vervolgens mee doet, gaat tussen hem en God.
Maar mijn ervaring met bedelaars leerde me veel. Verslaving, psychische kwetsbaarheid of wanhoop drijft bedelaars er vaak toe om aalmoezen eerder te gebruiken voor iets waar ze zin in hebben dan voor wat ze echt nodig hebben. Je wil niet op je geweten hebben dat met jouw gift de bedelaar in nog grotere miserie terecht komt!
3. Volg je hart
Mary Jo Copeland (Sharing and Caring Hands ministry, Minneapolis) • Zelf geef ik altijd iets aan bedelaars op straat, want zij zijn duidelijk in nood en dat is wat Jezus zou doen. Wij zijn de handen en voeten van Jezus. Dus ik zou zeggen: Volg je hart.
4. Doorverwijzen en aanmoedigen
Phil Couture (vormingsdienst Christ in the City, Denver) • Onze stad beschikt over talrijke sociale diensten voor mensen die van de straat af willen geraken. In organisatie stellen we voorop dat we geen geld geven aan daklozen, omdat daardoor de relatie die we met hen proberen aan te gaan, een andere aard zou krijgen. We proberen hen daarentegen wegwijs te maken in het aanbod aan hulpverlening in Denver, zodat ze op een structurele manier geholpen kunnen worden, met ons aan hun zijde.
5. Nooit iemand negeren
Mark Gordon (Sint-Vincentiusgenootschap in het bisdom Providence) • Onlangs zag ik vanuit mijn wagen een man in een rolwagen bedelen aan een stoplicht. Plotseling viel het me op dat hij verwoed probeerde op zijn rug te krabben, tevergeefs. Ik trap op de rem, stop enkele muntstukken in zijn hand en … krab zijn rug.
Hij was zo dankbaar, veel meer voor dat krabben dan voor het geld, denk ik! Waarom had ik dat gedaan? Op dat moment leek het alsof de Heilige Geest me daartoe bewoog. Op een ander moment zou ik hem misschien beleefd hebben afgewezen. Wat ik bedoel, is dat er volgens mij geen eenduidige regel bestaat om al dan niet een aalmoes te geven.
We moeten naar iedere persoon apart kijken en een besluit nemen geïnpireerd door liefde en wijsheid.
De enige regel die ik zou voorstellen, is dat je iedere persoon moet erkennen en niemand negeren. Doen alsof je de smeekbede van een dakloze niet hoort en hem behandelen als een levenloos object of een lastig insect, is veel vernietigender dan niets geven. Uiteindelijk zijn waardigheid en respect veel meer waard dan wat centen.
Bron: Kerknet