In geen van de mediabijdragen over Navalny’s moed om het na een vergiftigingspoging te blijven opnemen tegen president Poetin ging het over diens bekering tot het christendom. De oppositieleider had het niet vaak over de rol die zijn geloof speelde in zijn activisme, om zijn medestanders geen reden te geven om hem minder serieus te nemen. Een soortgelijke verlegenheid verklaart misschien waarom terugblikken op zijn levenswerk in de media er geen melding van maken.
Navalny’s bekering tot het christendom was van recente datum. Zelf verwijst hij daarvoor naar zijn tijd in een Duits ziekenhuis, waar hij verbleef voor zijn langdurige behandeling na een vergiftigingspoging met novitsjok. Daar besloot hij de waarheid na te streven, leugens en corruptie bij het regime aan te klagen en zelf in de waarheid te blijven staan, ten koste van alles.
In de rechtbank zei hij: ‘Ik was ooit een militante atheïst, maar nu geloof ik. En het geloof maakt het voor mij waarschijnlijk gemakkelijker dan voor vele anderen om politiek te bedrijven en in de waarheid te blijven. Ik twijfel minder, want ik heb een Boek waarin tamelijk duidelijk geschreven staat wat ik moet doen in elke situatie.
‘Navalny had een heel christelijk begrip van lijden, dat veel verdergaat dan het toetsenbord-activisme waartoe minder grote helden hun inzet vaak beperken’, schrijft Maggie Philips in America Magazine. Ze haalt Navalny aan als een voorbeeld voor gelovigen om tijdens de veertigdagentijd radicalere keuzes te maken. ‘Het evangelie leert dat we moeten werken voor gerechtigheid, ook al komt onze troost niet volgens onze verwachtingen, of toch niet aan deze kant van de hemel.’
Bron: America Magazine / CNE